PVH 11e jaargang – 2004 nr. 2, p. 47-48

Door J.P.M. Lelkens
secretaris-penningmeester Stichting Medische Ethiek

Openingswoord

Dames en heren,

Namens het bestuur heet ik u allen van harte welkom op het
lustrumsymposium van de Stichting Medische Ethiek. Een
bijzonder woord van welkom voor onze sprekers van vandaag:
professor Dupuis, emeritus hoogleraar medische ethiek aan de
Rijksuniversiteit Leiden, mgr. Eijk, bisschop van Groningen
en voorzitter van onze Stichting, hun beider coreferenten,
respectievelijk dr. Boer, als universitair docent
Christelijke Ethiek verbonden aan de Universiteit te Utrecht
en tevens verbonden aan het Universitair Centrum voor
Bio-ethiek en Gezondheidsrecht, en prof. Honings, emeritus
hoogleraar moraal-theologie aan de Pauselijke Lateraanse
universiteit te Rome.
Degenen onder u die al eerder onze symposia bezochten,
zullen zich wellicht hebben afgevraagd: waarom ditmaal hier
in Bunnik en niet in de oude, vertrouwde omgeving van
Rolduc?
Teneinde vele deelnemers de toch lange reis naar het zuiden
te besparen, hebben wij gemeend er goed aan te doen dit
jubileum in het centrum des lands te vieren. Tevens is
gekozen voor een eendaagse bijeenkomst, zodat u hier niet
hoeft te overnachten.
Een lustrumviering is altijd een goed moment om even terug
te blikken en, voor een stichting als de onze, ons tevens af
te vragen of wij onze doelstellingen wel hebben bereikt.
Op 9 november 1993 hebben mgr. Eijk en ik de Stichting
Medische Ethiek in het leven geroepen, met ons beiden en
mevrouw Broens als de eerste bestuursleden.
De doelstelling van de stichting wordt in de statuten
omschreven als: de wetenschappelijke bestudering van de
medische ethiek, onder meer door het doen van
wetenschappelijk onderzoek, het organiseren van cursussen en
het verzorgen van publicaties.
Bestond voor de oprichting van een dergelijke stichting
enige noodzaak?
Naar onze mening toentertijd zeer zeker, want er waren en
werden in de geneeskunde in hoog tempo nieuwe methodieken
ingevoerd die de nodige ethische problemen opwierpen en er
waren tekenen dat die stroom niet zou afnemen. Van betekenis
is in dit verband ook het feit dat vele van de na de Tweede
Wereldoorlog herrezen katholieke en protestantse
studentenverenigingen met hun moderatoren en medische
disputen de roerige jaren zestig niet hebben overleefd of
werden gedecimeerd. Het is immers voor het uitoefenen van de
geneeskunde niet indifferent of de arts een
levensbeschouwing heeft.
De discussie over de legalisering van abortus was voor een
aantal artsen aanleiding om zich te verenigen in het
Nederlands Artsen Verbond dat op 28 november 1972 werd
opgericht met de lijfspreuk: Vita Humana Semper Verenda: het
menselijk leven moet te allen tijde worden
geëerbiedigd, vanaf de conceptie tot de natuurlijke
dood.
De standpunten van de Stichting Medische Ethiek zijn
grotendeels dezelfde als die van het Nederlands
Artsenverbond. De stichting stelt zich als hoofdopgave de
bestudering van medisch ethische problemen vanuit een
katholiek perspectief. De stichting wil geen actie- of
pressiegroep zijn.
In 1992 werd binnen de Raad van Advies van het Nederlands
Artsenverbond het idee geopperd om een cursus medische
ethiek te organiseren. Een comité bestaande uit de
heer K. Gunning, arts, mevrouw T.M.T.J. Broens,
anesthesieverpleegkundige, prof.dr. W.J. Eijk, destijds
docent moraal-theologie aan het Grootseminarie Rolduc en
ondergetekende heeft aan dit idee gestalte gegeven. In 1993
vond met een royale, financiële steun en onder
auspiciën van het Nederlands Artsenverbond van 23 tot
en met 27 augustus in het Congrescentrum Rolduc het eerste
symposium plaats, onder de titel ‘Wat is menswaardige
gezondheidszorg?’
Deelnemers en geïnteresseerden die verhinderd waren de
cursus bij te wonen, verzochten de tekst van de voordrachten
in een of andere vorm ter beschikking te stellen. Dankzij de
medewerking van de helaas kortgeleden overleden heer Prinsen
van de Uitgeverij Colomba te Oegstgeest, kon aan dit verzoek
worden voldaan en werden de teksten in boekvorm
gepubliceerd. Dit groeide uit tot een traditie en in de
jaren daarna werden nog acht symposia – zoals de cursussen
intussen waren gaan heten – door de inmiddels opgerichte
Stichting Medische Ethiek zelf georganiseerd, hetgeen tot nu
toe resulteerde in een reeks van negen verslagboeken waarvan
er nog twee in bewerking zijn.
Zoals gezegd, onze symposia vonden tot nu toe altijd plaats
in het Congrescentrum Rolduc, behalve het eerste lustrum dat
in Gent en in een nauwe samenwerking met de aldaar
gevestigde congregatie van de Broeders van Liefde werd
herdacht met een symposium getiteld ‘Emotie en Ethiek’.
Dit symposium bood tevens de gelegenheid met gelijkgestemde
Belgische werkers in de gezondheidszorg kennis te maken.
Herhaaldelijk werd de stichting gevraagd naar literatuur
waarin de leer van de Katholieke Kerk op het vlak van de
medische ethiek kort en bondig wordt uiteengezet. In eigen
kring werd daartoe in 1995 door de heren Eijk en Kretzers de
vertaling ter hand genomen van het in het Italiaans gestelde
‘handvest’ voor degenen die in de gezondheidszorg
werkzaam zijn. Dit handzame boek werd samengesteld door de
Pauselijke Raad voor het pastoraat in de
gezondheidszorg.
Eveneens buiten de serie symposiumverslagen werd een eigen
bijdrage geleverd aan de discussies over de aanvaardbaarheid
van het levensbeëindigend handelen, die vervolgens door
de heren Eijk, Van der Horst en Van der Kolk werden
gepubliceerd
in het boek ‘Doodscultuur in ontwikkeling?’.
Naast deze boekwerken werden artikelen over uiteenlopende
ethische onderwerpen voor verschillende tijdschriften en
bladen geschreven, werden in binnen- en buitenland
voordrachten gehouden en werd dit jaar onze website in
gebruik genomen, verzorgd door ons bestuurslid dr. F. van
Ittersum.
Al met al menen wij te mogen concluderen dat met onze
activiteiten tot heden de in de statuten genoemde doelen
konden worden bereikt.
De Stichting Medische Ethiek heeft daarmede een belangrijke
bijdrage geleverd, niet alleen pragmatisch met betrekking
tot de organisatie van cursussen en symposia, maar ook als
een centrum van waaruit de specifieke R.K. visie op bepaalde
ethische problemen kon worden uitgedragen
De stichting wil doorgaan met de fakkel van al wat ons
heilig is brandend te houden en door te geven. Wat we
doorgeven staat onder meer vermeld in ons logo op de
voorzijde van het spreekgestoelte: ratio recta constansque.
Hoewel veel zaken in het leven van mensen veranderlijk zijn,
gaan we ervan uit dat de waardigheid van de mens, geschapen
naar Gods beeld en gelijkenis, een onveranderlijke
kernwaarheid is. Wat de betekenis van deze kernwaarheid is
voor afzonderlijke medisch-ethische vraagstukken, willen wij
bestuderen en belichten.
Vandaag mogen wij dankbaar zijn voor hetgeen we het
afgelopen decennium met de steun van velen hebben kunnen
doen en de hoop uitspreken dat met Gods hulp de stem van de
Stichting Medische Ethiek in ons land, maar ook daarbuiten
mag worden gehoord en verstaan.
Namens het bestuur wens ik u allen een vruchtbaar symposium
en een plezierige dag toe en geef nu het woord aan
mr.dr.drs. Buijsen, universitair hoofddocent
gezondheidsrecht aan de Erasmusuniversiteit en vandaag onze
dagvoorzitter.