Interview met Ann Furedi door Marco Visscher − 30/11/14. Het is illegaal, maar van Ann Furedi mag zelfs een voldragen baby worden geaborteerd. De Britse pleitbezorgster van ‘vrije keuze’ accepteert namelijk ‘geen enkele grens’. Politici moeten zich niet bemoeien met abortus. Iedere grens is volstrekt arbitrair. Zie reactie hierop door de heren B. Bouter en R. Zoutendijk en mw. E. Wiegman van Meppelen-Schepping, 2014 nr 4.
Het onderwerp leent zich er niet zo voor, maar Ann Furedi vindt het prima om aan het ontbijt te praten over abortus. De Britse is al twintig jaar een pleitbezorger van het recht erop; ze leidt de grootste Britse abortusorganisatie.
Furedi is bezorgd, nu er aan de wet gemorreld wordt. “Opnieuw”, verzucht ze. De grens tot wanneer abortus mag, staat ter discussie. Die termijn is gekoppeld aan de wetenschappelijke consensus over de levensvatbaarheid van de foetus buiten het moederlichaam. In de jaren zestig – toen abortus in westerse landen werd gelegaliseerd – was dat nog 28 weken. Dankzij vooruitgang in de neonatologie is die grens verlaagd tot 24 weken. Sommige experts – bijgevallen door conservatieve en sociaal-democratische parlementariërs – stellen dat een foetus al bij 20 weken levensvatbaar is. In Nederland dringt ChristenUnie-Kamerlid Carla Dik-Faber daarom aan op verlaging van de grens, liefst tot vóór de zogeheten twintigwekenecho.
U voelt daar niets voor. Wat is uw probleem met de wettelijke grens van 24 weken?
“Ik vind het verkeerd dat politici een grens bepalen wanneer abortus wel en niet is toegestaan. Een wet kan nooit persoonlijke omstandigheden in overweging nemen. Toch is abortus een keuze die je moet overlaten aan de vrouw en aan haar arts. Alleen zij kennen de precieze situatie van de vrouw en alleen zij kunnen bepalen wat het beste is voor haar.”
Tot wanneer moet abortus volgens u dan nog kunnen? Tot week 30? 36? Negen maanden?
Furedi zucht. “Mensen lijken wel een obsessie te hebben met het precieze aantal weken. Dat gebeurt toch ook niet bij een operatie? Je hebt geen wet die bepaalt tot wanneer je in aanmerking komt voor een harttransplantatie. Politici moeten zich niet bemoeien met abortus. Iedere grens is volstrekt arbitrair.”
Maar levensvatbaarheid is toch niet arbitrair?
“Levensvatbaarheid is niet overal, altijd, bij iedereen hetzelfde. Een baby van 22 weken kan overleven in het allerbeste ziekenhuis met gespecialiseerd personeel, maar zeker niet in een doorsnee ziekenhuis. Omstandigheden verschillen. Er is geen enkele algemeen geldende grens die rechtvaardigt dat een vrouw die 24 weken en 2 dagen zwanger is géén abortus mag, maar een vrouw die 23 weken en 5 dagen zwanger is wél. Ik accepteer geen wettelijke grens. Het moet gaan om een medisch oordeel, gebaseerd op de behoeften van degene die hulp nodig heeft.”
Verdient een levensvatbare foetus geen hulp?
“Een foetus is toch geen kind met bepaalde rechten? De wet ziet dat althans niet zo. Vrouwen en dokters vermoedelijk ook niet. Voor beleidsmakers blijft abortus altijd een abstracte, filosofische zaak. Voor vrouwen is het een urgente, persoonlijke, praktische zaak.”
In Engeland heeft één op de drie vrouwen in haar leven een abortus gehad of zal die nog krijgen.
Bent u niet bang dat vrouwen hun beslissing massaal uitstellen?
“Geloof me, iedere vrouw zal proberen een late abortus te vermijden. Het is erg onplezierig, vooral wanneer je er zwanger uitziet en al bewegingen in de baarmoeder voelt. Weet u, mensen nemen al te gemakkelijk aan dat een vrouw die in een laat stadium abortus wil, niet verantwoordelijk is geweest. Dat is onzin. Het gaat doorgaans om vrouwen die nog erg worstelen met hun zwangerschap, of wier persoonlijke omstandigheden tijdens de zwangerschap zijn veranderd. Deze vrouwen verdienen het om meer tijd te krijgen om een goede afweging te maken. De vraag of je een kind wilt, van en met een bepaalde man, is een behoorlijk belangrijke kwestie.”
Een late abortus is niet alleen ‘onplezierig’, zoals u het noemt, maar ook riskanter.
“Dat is waar. De risico’s bij een abortus nemen tijdens een zwangerschap toe. Maar bij een late abortus in een goede klinische omgeving zijn de risico’s nog altijd extreem laag.”
Het lijkt erop dat u abortus wilt normaliseren.
Furedi gooit haar armen in de lucht. “Ja, natúúrlijk wil ik dat! Want ik geloof dat abortus normaal ís. In Engeland heeft één op de drie vrouwen in haar leven een abortus gehad of zal die nog krijgen. Dat vindt niet iedereen leuk, maar zo gaat dat nu eenmaal bij behoorlijk veel vrouwen in een moderne samenleving”.
“Vanwege de wettelijke bepalingen wordt abortus losgeweekt van de contraceptie. Dat is hypocriet. Iedereen weet dat we op allerlei manieren onze vruchtbaarheid reguleren om niet ongewenst zwanger te raken: pil, spiraaltje, condoom, morning afterpil en, als alles heeft gefaald, abortus. Maar door wettelijke beperkingen op te leggen rondom de beëindiging van een zwangerschap worden vrouwen die een abortus vragen gestigmatiseerd. Zelfs een soepele abortuswet plaatst vrouwen in een context die bij voorbaat tegen hen is gekeerd.”
Ann Furedi meent dat er veel vooroordelen bestaan over de vrouwen die de klinieken en consultatiebureaus van haar organisatie bezoeken. Fel: “Het is een mythe dat het allemaal onbezonnen, onwetende tieners zijn. Er komen in onze klinieken meer vrouwen van boven de veertig dan meisjes onder de zestien.”
De cijfers van de Nederlandse Inspectie voor de Gezondheidszorg wijzen ook in die richting; nog geen half procent van de abortussen betreft vrouwen onder de vijftien.
Verder, zegt Furedi, is de helft van de vrouwen getrouwd. “Ze weten zonder uitzondering hoe baby’s worden gemaakt, maar hadden domweg pech met de voorbehoedmiddelen.”
Toen het Britse parlement overwoog de grens te verlagen naar 22 weken, liet Furedi een aantal vrouwen ondervragen die al iets verder heen zijn. Een van hen had juist gemerkt dat haar echtgenoot een affaire had met haar beste vriendin. Een ander had ontdekt dat haar vriend haar dochters misbruikte. Er was de moeder van een zoontje dat een hartoperatie moest ondergaan, die dacht dat ze de zwangerschap wel aankon. Maar ze realiseerde zich dat ze niet in staat was om aan zichzelf te denken vóór die operatie achter de rug was. Furedi stuurde de antwoorden naar de politici met de vraag: wie van deze vrouwen wilt u vertellen dat ze hun zwangerschap moeten voortzetten?
Weet u wat nog moeilijker is? Een vrouw vertellen dat het niet meer mogelijk is om een abortus uit te voeren omdat het daarvoor te laat is.
Wat wilt u aantonen met dit soort individuele verhalen?
“Dat het leven van mensen ongelooflijk ingewikkeld is. En dat het daarom niet werkt om een grens te stellen. We kunnen wel denken dat iemand die nog in een laat stadium abortus laat plegen de hardvochtigste en immoreelste vrouw ter wereld is, maar je kunt ook denken: nou, dan zal daar wel een verdraaid goede reden voor zijn geweest.”
Dokters en verplegers die een late zwangerschap afbreken, vinden het een vreselijke ingreep.
“Ja, natuurlijk. Er zijn er helaas niet zoveel die het willen doen. Ik ben er wel eens bij geweest – ook niet bepaald voor mijn plezier, maar omdat ik het voor mijn werk belangrijk vond om te zien. Maar weet u wat nog moeilijker is? Een vrouw vertellen dat het niet meer mogelijk is om een abortus uit te voeren, omdat het daarvoor te laat is. Want het mag dan gruwelijk zijn om een zwangerschap af te breken, maar uiteindelijk, als alles achter de rug is, heb je wél iemand geholpen die dit wilde. Zo’n twee keer per week moeten we een vrouw wegsturen, omdat ze al voorbij de 24 weken is. Sorry, mevrouw, u bent te laat. Ik zou heel graag zien dat we deze vrouwen ook kunnen helpen. Politici moeten meer vertrouwen hebben in vrouwen – dat ze een verstandige beslissing nemen. En ze moeten meer vertrouwen hebben in de arts – dat die er serieus en wijs mee omgaat.”
Maar niet iedereen is zo verstandig. Neem de Amerikaanse ‘Octo-Mom’ die in 2009 per se een achtling ter wereld wilde brengen.
Furedi lacht. “Haha! Ja, dat leek me ook ontzettend stompzinnig van haar. Maar toch zou ik haar niet naar de operatiekamer willen slepen om haar een abortus op te leggen als ze dat niet wil. Sommige mensen nemen slechte beslissingen. Dat hoort erbij. Maar het gaat er niet om wat wij vinden van hun keuze, maar om het feit dat zij zelf kunnen kiezen. Ik strijd niet voor abortus; ik strijd voor de vrijheid van vrouwen om zelf een keuze te maken.”
Als student raakte Ann Furedi geïnteresseerd in vragen rond abortus. Ze ontmoette een meisje uit Ierland. Zij was naar Engeland uitgeweken: niet voor een abortus, maar voor een bevalling. Haar strengkatholieke familie mocht niet weten dat ze een buitenechtelijk kind zou krijgen. Toen haar vader onverwachts overleed, ging ze terug naar Ierland. Het was gelukkig koud, zodat haar winterjas veel kon verhullen. Maar ze durfde niemand te omhelzen en het enige waar ze tijdens de begrafenis aan kon denken, was haar houding, opdat niemand iets zou merken. Dat verhaal, zegt Furedi, maakte ‘diepe indruk op mij’.
Later, als journalist in de jaren tachtig, schreef ze voor een vrouwenblad een groot verhaal over abortus. In Engelse kiosken werd het tijdschrift in cellofaan verpakt, in Ierland verscheen het zonder het katern met dit artikel. Furedi werd persvoorlichter bij een organisatie voor geboorteplanning en later bij BPAS (zie kader), dat ze sinds 2003 leidt. Glunderend: “Ik heb de mooiste baan in de wereld.”
Ik heb meer respect voor iemand die abortus principieel afkeurt dan voor iemand die abortus alleen wil toestaan binnen een bepaalde periode.
Wat vindt u van de stelling dat je menselijk leven in de baarmoeder nooit mag beëindigen? “Het verbaast u misschien, maar ik heb daar respect voor. Ik ben het zeer oneens met pro-abortusactivisten die zich laatdunkend uitlaten over het leven in de baarmoeder. Weet u, al na een paar weken klopt het hartje en wijkt het DNA af van dat van de moeder. Bij abortus maken we een einde aan een leven vol potentie. Ik ben mij daar zeer van bewust. Ik heb meer respect voor iemand die abortus principieel afkeurt – omdat hij vindt dat ieder leven, hoe vroeg ook, waardevol of heilig is – dan voor iemand die abortus alleen wil toestaan binnen een bepaalde periode. De eerste is tenminste intellectueel en moreel consistent.”
Maar u bent het er zeer mee oneens.
“Ja. Voor mij is het niet de vraag of een leven heilig is, en ook niet of een foetus levensvatbaar is. Mijn overtuiging is dat een persoon méér is dan een kloppend hart en een unieke genenbrij. Er is een enorm verschil tussen het leven in de baarmoeder dat nog tot wasdom moet komen en het leven van iemand die beseft dat ze leeft, die een geschiedenis heeft, die zich bewust is van haar omgeving en haarzelf, die dromen koestert voor de toekomst. De vraag moet zijn: welk leven is belangrijker? Voor mij is dat duidelijk.”
Het leven van de vrouw, bedoelt u?
“Absoluut. Bij haar leven hoort het vermogen om morele keuzes te maken, dat is wat ons mens maakt. Als we een vrouw zien als een moreel, rationeel wezen, dan is de keuze over het voortzetten of afbreken van haar zwangerschap dus aan haar. Als je gelooft dat ieder leven heilig is, dan worden we het nooit eens. Daar heb ik vrede mee. Maar ik vind het verwerpelijk om abortus alleen toe te staan als de foetus maar niet te veel lijkt op een baby. Echt verschrikkelijk, dat mensen zo oppervlakkig kunnen zijn.”
PS: Ann Furedi
Ann Furedi (54), directeur van het Britse Consultatiebureau Zwangerschap – BPAS, met zijn klinieken de grootste abortusorganisatie van het land – is een graag geziene gast in Britse media. Met haar pleidooi voor vrije abortus roept ze vaak weerstand op.
In 2013 haalde ze zich de woede van feministen op de hals toen ze betoogde dat een abortus ook prima is als het geslacht van de foetus (lees: een meisje, minder gewild onder groepen Aziaten) niet bevalt.
Furedi oogstte ook veel kritiek toen uitlekte dat personeel van haar BPAS-klinieken vrouwen adviseerde uit te wijken naar het buitenland als ze een abortus na 24 weken zwangerschap wilden.
Furedi is zeer liberaal. Zo komt ze, anders dan veel medestrijdsters, op voor het recht van anti-abortusactivisten om bloederige foto’s van geaborteerde foetussen te verspreiden. Al was ze minder blij toen demonstranten dat bij een BPAS-kliniek deden; volgens Furedi is niet iedere plaats en elk moment geschikt voor het uitoefenen van vrije meningsuiting.