Patrick Garré, 19 juni 2025

 

Inleiding

Op 31 januari van dit jaar kreeg België een nieuwe federale regering onder leiding van de Vlaams-nationalist Bart De Wever. De coalitie bestaat uit de Nederlandstalige en Franstalige christendemocraten, de Vlaamse socialisten, de Franstalige liberalen en de Vlaams-nationalisten. Tijdens de regeringsonderhandelingen,[1] die meer dan 7 maanden duurden, kwamen de ethische thema’s zoals abortus, draagmoederschap en euthanasie vaak aan bod. Deze thema’s behoren tot de bevoegdheid van het federaal parlement, namelijk de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Het  is gebruikelijk dat er reeds bij de regeringspartijen een consensus bestaat alvorens een regering te vormen. Een dergelijk akkoord moet vermijden dat er tijdens de regeerperiode alsnog strubbelingen ontstaan over een gevoelig onderwerp zoals abortus. Toch dienden vóór de regeringsvorming een aantal partijen in het nieuwe parlement reeds wetsvoorstellen in die een verregaande liberalisering bevatten.[2]

De nieuwe regering wil het debat over vrijwillige zwangerschapsafbreking  voortzetten[3] op grond van de conclusies van het rapport van het expertencomité uit 2023 (op vraag van de vorige legislatuur). Dit rapport pleitte voor het verlengen van de abortustermijn van 12 naar 18 weken, het afschaffen van de beraadtermijn en het weghalen van de abortuswetgeving uit de strafwet.[4]

De positiepaper van de Katholieke Universiteit Leuven: een bijzondere oproep tot dialoog

In een opmerkelijke positiepaper,[5] trachten de auteurs uit verschillende faculteiten van de Katholieke Universiteit Leuven (KUL) het debat rond zwangerschapsafbreking in België te verbeteren. Zij pleiten voor debat om zich te ontdoen van simplistische frames en te kiezen voor een breder pallet van perspectieven.

Schadelijke tendensen

De huidige abortusdiscussie wordt volgens de auteurs sterk beïnvloed door drie schadelijke tendensen. Ten eerste is er een groeiend vertrouwen op experts: wetenschappelijke rapporten, zoals dat uit 2023, worden door politici en media gepresenteerd als moreel richtinggevend. Echter, dergelijke rapporten kunnen slechts feiten aandragen en geen antwoord geven op de noodzakelijke waardenafwegingen die beleid vereisen. Ten tweede wordt de uitbreiding van de abortustermijn vaak voorgesteld als een vanzelfsprekend mensenrecht, zonder voldoende aandacht voor de ethische complexiteit die dit onderwerp met zich meebrengt. Ten slotte leidt een ideologisch dualisme tot een scherpe tweedeling tussen “progressieven” (pro-choice) en “conservatieven” (pro-life). Hierdoor verdwijnt wederzijds begrip en worden tegenstanders vaak gedemoniseerd, wat een genuanceerd en vruchtbaar gesprek bemoeilijkt.

Een zorgvuldiger, inclusiever en respectvoller publiekelijk (?) gesprek

Een dergelijk gesprek vereist dat we voorbij ‘zwart-witdenken’ durven gaan. In plaats van abortus uitsluitend te benaderen als een recht of een misdrijf, zouden we het moeten zien als een moreel beladen keuze in een vaak kwetsbare situatie. Door verschillende stemmen serieus te nemen  -vrouwen, partners, zorgverleners, maar ook mensen met diverse levensbeschouwelijke overtuigingen-  ontstaat er ruimte voor meer begrip en verbinding.

Dat betekent ook dat het publieke debat niet alleen juridisch of politiek gevoerd moet worden, maar ook vanuit menselijkheid en zorg. Alleen dan kunnen we komen tot beleid en praktijken die recht doen aan de complexiteit van abortus en de mensen die ermee te maken krijgen.

Een inclusieve benadering nodigt uit tot wederzijds luisteren, waarin verschil van mening niet leidt tot polarisatie, maar tot verdieping. Want juist in het erkennen van morele ambiguïteit schuilt de mogelijkheid tot een echt respectvolle dialoog.

En nu?

Op dit ogenblik is het niet duidelijk op welke punten er een wijziging zal komen van de Belgische abortuswetgeving. Net als in het vorig regeerakkoord, moet er een consensus binnen de regeringspartijen worden gevonden alvorens een wettekst wordt voorgelegd in het federale parlement.

De auteurs van de hierboven besproken paper zorgen voor een frisse wind in een vaak verstard debat. Zij vragen om een respectvolle erkenning van de tragiek en menselijkheid die bij abortus komt kijken. Het mag geen strijdtoneel zijn, maar moet ruimte bieden voor reflectie, twijfel en wederzijds begrip — essentieel voor een gezonde democratische samenleving.

JPV kan zich vinden in deze oproep: pas als we op een volwassen manier en met respect voor onze democratische waarden het debat aangaan, kunnen we tot oplossingen komen die zowel het ongeboren kind als de vrouw in nood daadwerkelijk verder helpen.

[1] Patrick Garré “De regeringsvorming in België: wat met de ethische thema’s? “,  website Pro Vita, 2 augustus 2024, https://provita.nl/publicaties_nieuw/de-regeringsvorming-in-belgie-wat-met-de-ethische-themas/

 

[2] Zie onder andere  het Wetsvoorstel DOC56K0030 van 15 juli 2024 tot herziening van artikel 22 van de Grondwet met het oog op erkenning van het recht op vrijwillige zwangerschapsafbreking en het Wetsvoorstel DOC 56K0270 van 25 september 2024 teneinde vrijwilligere zwangerschapsafbreking niet langer strafbaar te stellen en de uitvoeringsvoorwaarden ervan te versoepelen.

 

[3] Federaal Regeerakkoord 2025-2029, 31 januari 2025, p. 126. https://www.belgium.be/nl/publicaties/regeerakkoord_van_de_federale_regering_bart_de_wever

 

[4] Patrick Garré, “Wijzigingen in de Belgische abortuswetgeving?”, website Pro Vita, 10 juli 2023, https://provita.nl/publicaties_nieuw/wijzigingen-in-de-belgische-abortuswetgeving/

 

[5] Ethics@KULeuven: “Het abortusdebat in België: We kunnen beter”, auteurs uit verschillende faculteiten van de KUL, 25 maart 2025, https://www.kuleuven.be/ethics-kuleuven/nl/bestanden-positiepapers/positiepaper-abortus-28-maart-2025.pdf