Thema’s aangaande mensenrechten (berichten)

Meer dan 100.000 keer ‘nee’ in eerste week nieuwe donorwet

Elsevier Weekblad , 20 februari 2018 Auteur: Matthijs van Schie, (1992)  hij is sinds 1 februari 2018 webredacteur bij Elsevier Weekblad. Hij studeerde geschiedenis en internationale betrekkingen aan de Erasmus Universiteit Rotterdam….

Elsevier Weekblad , 20 februari 2018

Auteur: Matthijs van Schie, (1992)  hij is sinds 1 februari 2018 webredacteur bij Elsevier Weekblad. Hij studeerde geschiedenis en internationale betrekkingen aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Het aantal mensen dat zich afmeldt als orgaandonor is fors. Sinds vorige week de nieuwe donorwet werd aangenomen, staat de teller al op meer dan honderdduizend keer ‘nee’. De wet van D66-Kamerlid Pia Dijkstra regelt dat mensen die geen bezwaar maken automatisch donor zijn.

Dat blijkt uit het aantal nieuwe registraties en keuzewijzigingen in het Donorregister, dat wordt bijgehouden door het ministerie van Volksgezondheid. De cijfers zijn vanwege de grote belangstelling tijdelijk openbaar gemaakt. Sinds vorige week dinsdag (13 februari), toen de Eerste Kamer instemde met het wetsvoorstel, hebben maar liefst 105.206 mensen in het donorregister aangegeven dat ze geen toestemming geven om na hun dood organen af te staan.

Waarom Dijkstra’s ‘donorwet’ in strijd is met fundamenteel grondrecht: lees het commentaar van Maartje Schulz

Bijna 84.000 van hen hadden vóór de nieuwe donorwet nog geen keuze gemaakt. Meer dan 21.000 wijzigden hun keuze, ook al is niet bekend wat zij eerder hadden gekozen. Op de dag dat het wetsvoorstel werd aangenomen, werd de weerzin van veel Nederlanders al duidelijk: bijna 25.000 mensen meldden bij het register: ‘Nee, ik geef geen toestemming’.

Dijkstra rekende op veel ‘nee’s’

Het aantal nieuwe orgaandonoren, een kleine 28.000, ligt veel lager. En dat terwijl de nieuwe donorwet juist méér donoren moet opleveren.

Initiatiefnemer Pia Dijkstra zei zaterdag in een interview met de Leeuwarder Courant dat ze op ‘heel veel nee’s’ had gerekend. Toch noemt ze elke nieuwe registratie winst, omdat van ongeveer negen miljoen Nederlanders niet bekend is of ze wel of geen organen willen doneren. Dat draagt volgens haar bij aan de lange lijsten met patiënten die nu wachten op een nieuw orgaan.

Wat verandert er nu de nieuwe donorwet is aangenomen? Lees de analyse van Joppe Gloerich

Veel debat en controverse

Aan de instemming met de nieuwe donorwet – die het met 38 stemmen vóór en 36 stemmen tegen nipt haalde – gingen weken van intensief debat vooraf. Het was wonderbaarlijk dat de wet door de Tweede Kamer kwam; als Kamerlid Frank Wassenberg (Partij voor de Dieren) niet te laat bij de stemming was geweest, had het voorstel niet eens de Eerste Kamer gehaald.

De stemming in de Eerste Kamer was ook al niet zonder controverse. Zo was SP-senator Arda Gerkens tegen de nieuwe wet, maar stemde ze niet omdat ze zich ‘verscheurd’ voelde tussen haar partij – die voorstander was – en haar ‘persoonlijke overtuigingen’, schreef ze woensdag op Twitter.

Ook kostte het dossier Marleen Barth (PvdA) haar positie als fractievoorzitter in de Eerste Kamer. Barth wekte de woede van een aantal PvdA-kopstukken door haar vakantie naar de Malediven, waardoor ze het belangrijke debat over de donorwet miste. Daarom besloot ze zelf af te treden.

Reacties uitgeschakeld voor Meer dan 100.000 keer ‘nee’ in eerste week nieuwe donorwet

Verbod op orgaanhandel werkt niet: ‘Experimenteer met het toestaan van beloning voor nierdonatie’

De Volkskrant: 22 augustus 2017 Auteur: Wil Thijssen   Het verbod op orgaanhandel werkt niet. Wereldwijd worden nieren illegaal verkocht, wat leidt tot prijsopdrijving en een gebrek aan screening en nazorg…

De Volkskrant: 22 augustus 2017

Auteur: Wil Thijssen

 

Het verbod op orgaanhandel werkt niet. Wereldwijd worden nieren illegaal verkocht, wat leidt tot prijsopdrijving en een gebrek aan screening en nazorg voor patiënten en donoren.

Landen met schrijnend lange transplantatiewachtlijsten, zoals de VS, zouden moeten experimenteren met het toestaan van beloning voor nierdonatie. Die aanbeveling doet Frederike Ambagtsheer, criminoloog en internationaal jurist aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, in haar onlangs verschenen proefschrift over orgaanhandel. ‘Je zou kunnen denken aan gratis ziektekostenverzekering, belastingvoordelen of een geldbedrag’, stelt Ambagtsheer. ‘Zo’n beloningssysteem zou door de overheid moeten worden gereguleerd.’

U kunt dit artikel verder lezen via deze link.

 

 

 

 

 

Reacties uitgeschakeld voor Verbod op orgaanhandel werkt niet: ‘Experimenteer met het toestaan van beloning voor nierdonatie’

Artsen en notarissen stemmen werk rond levenseinde af

Medisch Contact, 13 september 2017 Achter het nieuws, door Eva Nyst Patiënten bespreken wensen omtrent hun levenseinde niet alleen met de dokter, maar ook met de notaris. Alleen weten beide…

Medisch Contact, 13 september 2017

Achter het nieuws, door Eva Nyst

Patiënten bespreken wensen omtrent hun levenseinde niet alleen met de dokter, maar ook met de notaris. Alleen weten beide professionals vaak niet wat bij de ander is vastgelegd. Notarissenorganisatie en artsenfederatie publiceren daarom samen de vernieuwde handreiking Tijdig praten over het levenseinde.

ADVERTENTIE

Notarissen die doodleuk euthanasieverzoeken vastlegden en artsen die bij gebrek aan een vertegenwoordiger van een demente patiënt zelf maar beslissingen namen. En geen van beide vaklieden kwam op het idee om contact op te nemen met de ander. Artsen zijn eigenwijs en notarissen verdienen goed geld met contracten over zaken waar ze niks mee te maken hebben, klonken de verwijten over en weer. Maar nu steeds meer Nederlanders de regie over het levenseinde naar zich toe trekken, moeten deze professionals in gesprek om irritaties uit de weg te ruimen.

Levenstestament

Al eeuwen maken mensen een testament op over hun nalatenschap. Maar steeds vaker krijgt de notaris de vraag om een sinds 2007 bestaand ‘levenstestament’ op te stellen. De kern hiervan vormt de volmacht waarin de vertegenwoordiging wordt geregeld in het geval iemand niet meer voor zichzelf kan beslissen. Als dementie toeslaat bijvoorbeeld, wat inmiddels één op de vijf Nederlanders overkomt. In 2013 waren er ruim 22 duizend inschrijvingen in het centrale register voor levenstestamenten, vorig jaar al 91 duizend.

‘We begonnen als notarissen om de zakelijke kant vast te leggen, maar kregen al gauw de vraag om ook medische zaken te regelen. De notarissen hebben toen iets bedacht, maar dat riep weerstand op in de medische wereld’, schetst Madeleine Hillen, juridisch adviseur van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB), de aanloop van de samenwerking tussen de notariële en medische wereld. ‘De KNMG had in 2012 de handreiking Tijdig spreken over het levenseinde uitgebracht, maar daarin stond niets over de groeiende praktijk van het levenstestament’, zegt Hillen.

De KNB en de KNMG besloten de handen ineen te slaan. Samen met Patiëntenfederatie Nederland, het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) en een tiental organisaties voor patiënten, ouderen en artsen presenteren ze deze week de herziene uitgave Tijdig praten over het levenseinde. Er is een versie voor de patiënt en een voor de arts. Sinds november werken de notarissen bovendien met een nieuwe versie van het levenstestament die ‘KNMG-proof’ is, zegt de Nijmeegse huisarts Marianne Dees, die namens het NHG aan de verschillende uitgaven voor artsen en notarissen meewerkte. ‘Palliatieve zorg en palliatieve sedatie worden nu bijvoorbeeld niet meer door elkaar heen gebruikt’, noemt Dees als verbetering ten opzichte van de vorige versie.

Misverstanden

Niet alleen in het veld, maar zelfs onder de leden van de Werkgroep Levenstestament waar huisarts Dees deel van uitmaakte, waren er irritaties. Dees: ‘In het begin vlogen we elkaar bijna in de haren. “Waar bemoei jij je mee?” zeiden we over en weer. Dat lag deels aan een verschil in taal. We gebruikten verschillende woorden voor iets maar bleken uiteindelijk hetzelfde te willen: het beste voor de patiënt en cliënt’, zegt Dees. Ze vroeg zich in het begin bijvoorbeeld ook af hoe een notaris weet of iemand wilsbekwaam is. ‘De notaris maakte mij toen duidelijk dat ze de hele dag door de inschatting moet maken of iemand wilsbekwaam is en dat ze daar een stappenplan voor heeft. Het bleek een vast onderdeel van haar vak.’

Een notaris moet aldoor inschatten of iemand wilsbekwaam is

Ook Hillen, die namens het notariaat in de werkgroep zat, herinnert zich de misverstanden bij de aanvang van de samenwerking. ‘De vrees was dat de notarissen zich uit winstbejag zouden opdringen in een gebied waar ze helemaal niets mee te maken hebben. Nou, dat is helemaal niet zo. Het is meer een extra service vanuit het notariaat, want mensen zitten vaak al bij de notaris om zakelijke aspecten te regelen. Als je wilsonbekwaam wordt, dan gaat het leven gewoon door, dus dat zakelijke gedeelte moet geregeld worden. Als mensen dan komen met de vraag: ik wil dat medische stuk graag meenemen, dan willen wij niet zeggen: “Dat mag ik niet doen want dat vindt de arts niet goed.” Want daar is geen juridische reden voor.’

Notarissen en artsen spraken af dat de rechtskundige naar de medicus verwijst als cliënten iets medisch via het notariaat regelen. De notaris wijst de cliënt erop dat hij de wilsverklaring aan zijn arts moet geven en ook dat hij zijn vertegenwoordiger op de hoogte moet stellen van diens taak. Hillen: ‘De notaris helpt bij het formuleren van de wensen over het levenseinde. De praktijk wijst uit dat mensen dat heel lastig vinden. Het gaat er dan natuurlijk eigenlijk om dat ze formuleren wat voor hen belangrijk is. Het gaat om de invulling van vage termen als uitzichtloos lijden en een waardige staat van leven, die voor ieder wat anders betekenen. Iedereen moet voor zichzelf invullen wat dat voor hem of haar betekent. Mensen kunnen dat goed formuleren, als ze maar geholpen worden door iemand die de juiste vragen stelt. Dat kunnen notarissen’, zegt Hillen.

Handreiking

Er is ook een handreiking bij het levenstestament gekomen voor de notaris. Daarin staan medische begrippen op een rijtje, zoals wat het verschil is tussen een behandelverbod en een euthanasieverzoek, en dat een verzoek niet betekent dat iemand recht heeft op euthanasie. Hillen: ‘Dat was ook een van de ergernissen bij artsen. Ze vreesden dat het levenstestament zou leiden tot het gevoel dat iemand recht heeft op euthanasie omdat het in een akte is vastgelegd.’

Aan de andere kant leidden twijfelgevallen bij het vaststellen van wilsbekwaamheid in het verleden tot irritaties bij notarissen, omdat bijvoorbeeld de huisarts niet thuis gaf als de notaris hierover navraag wilde doen. ‘Maar dit is nu opgelost met de samenwerking met de Vereniging van Indicerende en adviserende Artsen. Zij kunnen een verklaring over de wilsbekwaamheid afgeven omdat ze geen behandelend arts zijn’, zegt Hillen. Andere ergernis van notarissen is dat artsen hun werk niet serieus nemen. Hillen: ‘Cliënten komen soms boos terug aan hun tafel nadat de arts over vastgelegde zaken heeft gezegd: “Ja, maar daar doe ik niks mee, dat is voor mij waardeloos.” Dat doet geen recht aan de cliënt en niet aan het werk van de notaris’, zegt Hillen.

Voor artsen is het belangrijk te weten dat als de patiënt wensen op papier heeft gezet met daaronder naam, handtekening en datum, deze schriftelijke wilsverklaring geldig is, zo valt in de handreiking te lezen. Huisarts Dees: ‘Een arts kan het beste een kopie van een levenstestament inscannen in het dossier. Zelf leg ik in het dossier ook altijd de gemachtigde vast en haar telefoonnummer.’

 

Reacties uitgeschakeld voor Artsen en notarissen stemmen werk rond levenseinde af

Kom op voor de gewetensvrijheid

Katholiek Nieuwsblad, 8 december 2017, Opinie Wie in de gezondheidszorg werkt, heeft een recht op erkenning van zijn of haar gewetensbezwaren. Dat lijkt logisch, maar in concrete gevallen kan het moeilijk…

Katholiek Nieuwsblad, 8 december 2017, Opinie

Wie in de gezondheidszorg werkt, heeft een recht op erkenning van zijn of haar gewetensbezwaren. Dat lijkt logisch, maar in concrete gevallen kan het moeilijk zijn om je op dat recht te beroepen. Daarom moeten we ervoor opkomen, stelt Juristenvereniging Pro Vita.

Hulpverleners kunnen gewetensbezwaren hebben tegen het uitvoeren van bepaalde handelingen, zoals niet betrokken willen zijn bij levensbeëindiging op verzoek of hulp bij zelfdoding. Recht op erkenning van gewetensbezwaren is een fundamenteel mensenrecht en staat beschreven in internationale verdragen; het kan worden beperkt als de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen in gevaar komt.

Beperktere ruimte

Het Nederlands recht biedt een hulpverlener echter beperktere ruimte om zich te beroepen op zijn geweten. Een huisarts of specialist die zelfstandig een beroep of bedrijf uitoefent kan een behandelingsovereenkomst met een patiënt ‘wel’ of ‘niet’ aangaan. Een thuiszorgorganisatie of ziekenhuis gaat ook een behandelingsovereenkomst aan, maar iemand die in dienstverband werkt, heeft geen keuze. Als een verpleegkundige niet wil meewerken aan euthanasie, moet de werkgever daartoe de ruimte bieden. Dit kan geen reden zijn voor ontslag, tenzij dit voor de werkgever tot onoverkomelijke organisatorische bezwaren leidt.

Een arts mag weigeren om levensbeëindiging op verzoek of hulp bij zelfdoding uit te voeren, handelingen die in beginsel strafbaar zijn. Een probleem kan ontstaan als levensbeëindigende handelingen worden gekwalificeerd als ‘normaal medisch handelen’.

Niet eten en drinken

Zo kunnen hulpverleners gewetensbezwaren hebben als patiënten bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen. (Wat niet te verwarren is met het natuurlijke proces waarbij een stervende patiënt steeds minder eet en drinkt, omdat het lichaam daar geen behoefte meer aan heeft. Dit komt vaak voor en roept meestal geen vragen op.)

Bewust eten en drinken weigeren, om het leven te beëindigen, roept wel vragen op. Sommige artsen en organisaties wijzen patiënten op deze mogelijkheid, in geval zij zelf niet bereid zijn tot euthanasie,  of als niet voldaan wordt aan de zorgvuldigheidscriteria uit de Euthanasiewet.

Kritische kanttekeningen

Artsenfederatie KNMG en beroepsvereniging van zorgprofessionals V&VN presenteerden in 2015 de handreiking ‘Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen’. Daarin wordt het weigeren van eten en drinken vergeleken met het weigeren van een behandeling waar het overlijden op volgt. Eten en drinken weigeren wordt niet als zelfdoding beschouwd, maar als gebruikmaken van het zelfbeschikkingsrecht. Een hulpverlener of mantelzorger mag dan geen voedsel en vocht toedienen.

Daar zijn kritische kanttekeningen bij te maken. Zo wordt een leeftijdsgrens genoemd van minimaal 60 jaar en is er geen second opinion vereist. Ook mag de patiënt afzien van diagnostiek en eventuele behandelingen, zelfs als sprake is van een depressie. Hoe weten we dan of deze patiënt wilsbekwaam is en dus zijn zelfbeschikkingsrecht uitoefent? Is het onthouden van vocht en voedsel dan niet in strijd met het meest fundamentele dat je een medemens moet geven?

Moeilijk

Als de patiënt overlijdt door eten en drinken te weigeren, wordt een natuurlijke dood gerapporteerd. Er is geen meldingsplicht en toetsing achteraf, zoals die bestaan bij euthanasie of hulp bij zelfdoding.

In tegenstelling tot euthanasie en hulp bij zelfdoding, is er bij het bewust afzien van eten en drinken geen directe relatie tussen handelingen van de hulpverlener en het bespoedigen van het levenseinde. Wel maakt de hulpverlener het de patiënt mogelijk om het zelfgekozen levenseinde te bespoedigen. Dit kan gewetensbezwaren opleveren.

Hulpverleners met gewetensbezwaren kunnen de zorg overdragen aan een collega. Zij moeten dan zorg verlenen tot het moment van de overdracht. Problematischer is ook hier de situatie van hulpverleners en verpleegkundigen die in dienstverband werken. Het is moeilijker om een beroep te doen op gewetensvrijheid, vooral als de werkgever het recht daarop niet respecteert.

Plicht tot handelen

Wij moeten allen opkomen voor het recht op gewetensvrijheid – opdat iedere visie evenveel gewicht in de schaal legt. Wellicht rust een grotere plicht tot het opkomen van deze belangen op de schouders van hen die kennis over deze materie hebben. Hetzij vanwege hun religieuze wortels, hetzij vanwege hun kennis van de mensenrechten. Immers, uit het voorrecht van kennis, vloeit de plicht tot handelen voort.

 Juristenvereniging Pro Vita mengt zich sinds 1983 in het maatschappelijk debat over de waardigheid van het menselijk leven. Info: voorzitter@provita.nl

Reacties uitgeschakeld voor Kom op voor de gewetensvrijheid

Niet eten en drinken vereist medische zorg

Als een patiënt bewust afziet van eten en drinken, behoort de arts goede medische en verpleegkundige zorg te verlenen. Dat is vastgelegd in de ‘handreiking’ over de zorg aan deze…

Als een patiënt bewust afziet van eten en drinken, behoort de arts goede medische en verpleegkundige zorg te verlenen. Dat is vastgelegd in de ‘handreiking’ over de zorg aan deze patiënten, die KNMG en V&VN hebben uitgebracht.

Reacties uitgeschakeld voor Niet eten en drinken vereist medische zorg

Type uw zoekwoord in onderstaand veld. Druk hierna op enter/return om te zoeken

Spring naar toolbar