NPV / zorg voor het leven, 23 februari 2018

Auteur: Elise van Hoek-Burgerhart is manager beleidsbeïnvloeding

 

Groen Links en de PvdA vinden dat de huisarts voortaan de abortuspil moet kunnen verstrekken. In een initiatiefwet stellen deze partijen dat een vergunning, zoals die voor abortusklinieken geldt, niet nodig is. De Landelijke Huisartsenvereniging (LHV) steunt dit plan.

De idee dat de abortuspil een makkelijk te slikken pil is en een abortus eenvoudiger maakt in vertrouwde handen bij de eigen huisarts, is een misverstand. De ‘abortuspil’ (Sunmedabon) is geen pil maar een proces, met meerdere handelingen en beslismomenten.  Eerst is een gesprek nodig met de huisarts. Is er sprake van een noodsituatie of zijn er alternatieven? Dan kiest de vrouw: een abortuspil of een zuigcurettage bij een abortuskliniek. Daar wordt een echo gemaakt om de zwangerschapsduur vast te stellen. Vervolgens moet ze terug naar de huisarts, die de echo bekijkt en dan de abortuspil voorschrijft. De vrouw slikt de eerste pil (mifepriston) die de groei van het ongeboren leven in haar stopt. Na 36 tot 48 uur moet ze terugkomen bij haar arts. In deze tijd sterft het embryo. Vervolgens moeten er – onder begeleiding van een professional – 4 pillen vaginaal (misoprostol) worden ingebracht. Kort daarop krijgt de vrouw buikkrampen en bloedverlies. Dit kan hevig en pijnlijk zijn. Binnen vier uur wordt het embryo uitgestoten. Het bloedverlies houdt ongeveer één week aan. Toch is dit bloedverlies geen garantie dat de zwangerschap voorbij is. Na drie weken volgt een nacontrole. Als blijkt dat de zwangerschap niet afgebroken is en het embryo nog leeft, of als er resten zijn achtergebleven, wordt haar alsnog een abortus via een curettage aangeboden.

De steun van de LHV voor de abortuspil is opmerkelijk. ‘De spreekkamer van huisartsen zit veel te vol voor nog meer taken’, zei de beroeps­vereniging nog geen jaar geleden in Trouw. ‘Als het kabinet zo graag wil dat wij taken overnemen van het duurdere ziekenhuis, moet de nu al overbelaste huisarts daarvoor ook ruimte krijgen’, aldus de huisartsen. Ook vindt de LHV de juridische eisen van de abortuswet (Waz) te veel gevraagd. Huisartsen moeten dan immers een vergunning aanvragen om de abortuspil te mogen verstrekken.

Regeerakkoord

Geen abortuspil bij de huisarts, besloten VVD, CDA, D66 en CU toen zij spraken over het regeerakkoord. Minister Schippers sprak eerder al ondubbelzinnig uit dat eerst een wetswijziging nodig is om vroege, medicamenteuze abortus door de huisarts te legaliseren. Wat drijft PvdA en GroenLinks nu met een wetsvoorstel te komen? Politieke profilering? Angst voor Women on Waves, die artsen tijdens een cursus wil vertellen hoe ze de pil kunnen voorschrijven? Druk vanuit de LHV en de artsenfederatie KNMG, die al sinds 2008 pleiten voor verkrijgbaarheid van de pil?

De abortuswet vraagt dringend om een evaluatie. De wet bestaat inmiddels ruim 35 jaar en is één keer geëvalueerd. Dit is opmerkelijk, omdat het om een beladen onderwerp gaat dat de jure nog altijd strafbaar, tenzij er sprake is van een noodsituatie. De euthanasiewet bijvoorbeeld wordt iedere vijf jaar geëvalueerd. In maart 2016 zegde minister Schippers al toe de abortuswet te evalueren. Minister de Jonge wil voor zomer 2018 de onderzoekers aan het werk zetten, zodat in 2020 het evaluatierapport beschikbaar is. De Jonge kan de lobbyisten voor de abortuspil daarop wijzen. Het belang van de vrouw en haar ongeboren kind moeten leidend zijn, niet de scoredrift van politieke partijen.